
Gouden weken - start groepsvorming
Niet alleen voor mij als leerkracht, maar zeer zeker ook voor kinderen, voelt een nieuw schooljaar als een nieuwe start.
En niet alleen voelt het als een nieuwe start, maar ik voel ook altijd een bepaalde spanning en in m'n hoofd lopen vragen ( "Hoe zou het dit jaar gaan?", "Lukt het me (weer) om ook dit jaar alle kinderen alle aandacht te geven die ze nodig hebben?", "Hoe plan ik alles in?",....etc. ) door elkaar heen.
Dus ja, spannend, maar met een bepaalde opwinding om de kinderen van begin af aan te leren kennen en hun ontwikkeling gedurende het jaar te zien.
In het begin van het schooljaar komen ze als 'guppy's' binnen (niet vervelend bedoeld), ook al geef je les aan de bovenbouw😉en op het eind van het jaar zijn ze echt gegroeid en toe aan de volgende groep.
Enfin, terug naar het begin van het schooljaar, want daar gaat dit blog tenslotte over.
Groepsvorming
Na de zomervakantie is het voorbereiden voor het nieuwe schooljaar. De eerste weken van het schooljaar worden ook wel De Gouden Weken genoemd; je start met een nieuwe groep en m.n. in de eerste aantal weken leg je de basis voor de rest van het jaar (groepsvorming). En tuurlijk, het 'werken' aan een positieve sfeer in de groep, met daarbij aandacht voor ieder kind, stopt niet na deze Gouden Weken. Dat stopt niet na een aantal weken; je blijft hier het hele jaar op doorbouwen.
Deze beginperiode na de zomervakantie is de tijd waarin je als professional bewust en planmatig werkt aan groepsvorming, verbinding en veiligheid.
De Gouden Weken vormen de basis voor een gouden schooljaar. En wellicht heb je dezelfde kinderen in de groep als het jaar ervoor. Dan nog is het belangrijk om in te zetten op Groepsvorming. Niet alleen jijzelf, maar ook de kinderen hebben 6 weken vakantie gehad. Weken waarin kinderen verder gegaan zijn met hun ontwikkeling.
Gedurende het jaar bouw je verder en zorg je ervoor dat de basis van de groep behouden blijft. Dit doe je door afspraken te herhalen, kinderen op gemaakte afspraken te wijzen, consequent te zijn,.....
De invloed van de leerkracht op groepsvorming
Als leerkracht heb je een positieve invloed op de groepsdynamiek.
Groepsvorming gebeurt namelijk niet vanzelf; jij stuurt en begeleidt.
Door bewust in te zetten op contact, spel en relatie leg je de basis voor een veilige, inclusieve groep, waarin kinderen kunnen groeien, leren en zichzelf kunnen zijn. Ieder jaar opnieuw is dit van belang.
Ten onrechte kun je denken: deze groep kent elkaar al lang. Toch verandert de groep jaarlijks: de leerkracht verandert, kinderen gaan weg of nieuwe kinderen sluiten aan. Vergeet daarnaast niet: kinderen komen terug na zes weken zomervakantie waarin ze ook sprongen hebben gemaakt in hun ontwikkeling. Daarom doorloop je aan het begin van ieder schooljaar de verschillende fases van groepsvorming.

Fases van groepsvorming
De groepsvorming volgens Tuckman doorloopt verschillende fases.
1. Forming
Als een groep bij elkaar komt start de fase van kennismaking; de formingf-ase is de fase van kennismaking.
Als een klas elkaar voor het eerst ontmoet, overheerst de onzekerheid. Wat mag hier wel en wat niet? Hoe zal ik me gedragen?
Hoe reageren anderen op mij?
De groep richt zich in eerste instantie op de leerkracht. Daar wordt houvast gezocht.
Het is de fase van groepsvorming waarin de groep elkaar aftast, ontdekt en uitprobeert.
Ook al blijft een klas als groep bij elkaar, bij een nieuwe leerkracht en met de overbrugging van een vakantie van zes weken, wordt dit opnieuw afgetast. Ook als er tussentijds een nieuwe leerling instroomt of weer uitstroomt zie je hetzelfde gebeuren.
De rol van jou als leerkracht s cruciaal: jij zorgt ervoor dat ieder kind zich gezien, gehoord en gewaardeerd voelt.
Daarom voer je kindgesprekken, bouw je aan de relatie, leg je aan de groep uit wat groepsvorming is en waarom jullie daar als klas zo actief aan (gaan) werken, ook als leerlingen elkaar al kennen.
Blijf nieuwsgierig naar elkaar en ga op zoek naar elkaars overeenkomsten.
Groepsvormende activiteiten zijn heel belangrijk om elkaar goed te leren kennen, de groepsdynamiek te bevorderen en te komen tot een inclusieve groepscultuur. Wanneer kinderen meer over elkaar weten, komt er meer begrip en wordt er minder snel gepest.
2. Storming
De storming-fase is de fase bij groepsvorming waarin groepsleden posities en rollen gaan innemen.
Het is de fase binnen groepsvorming waarin de pikorde bepaald wordt; de fase van onderlinge strijd en het hoort erbij!
Deze fase levert vaak wrijving en conflicten op in de klas. Dit is de fase waarin spanningen kunnen ontstaan. En dat mag. Conflicten horen erbij. Ze bieden zelfs kansen!
Leer kinderen omgaan met conflicten. Blijf verwijzen naar de normen die jullie samen hebben opgesteld.
Schiet niet te snel in de paniek als er een sociale strijd ontstaat. Leer de kinderen juist met elkaar omgaan.
Blijf kalm en onthoud: jij hebt de regie.
In deze fase is intensieve begeleiding noodzakelijk om ervoor te zorgen dat tegenstellingen er mogen zijn en dat je daar op een positieve manier mee om kunt gaan.
Als leerkracht ben je de formele leider van de groep, maar in deze fase staan er ook andere leerlingen op die zich als leider willen positioneren. Ook andere rollen worden zichtbaar, denk aan de meelopers, helpers en initiatiefnemers.
Observeer de groep goed en denk na over stappen die je moet nemen om de groepsvorming positief te laten verlopen.
Met wie moet je extra in gesprek? Wie heeft er extra aanmoediging nodig? Met wie moet je extra afspraken maken?
Relatie en verbinding blijven erg belangrijk. De groep is nu nog te ‘kneden’.
Blijf standvastig inzetten op groepsvorming, heldere routines en gedragsverwachtingen en spreek je uit tegen buitensluiting en pestgedrag.
3. Norming
De norming-fase bij groepsvorming vraagt veel aandacht, zelfkennis en volharding.
Het is de fase waarin je de waarden en normen van de school én van jezelf vertaalt naar het gedrag van alledag.
Waarden en normen geven ons richting en beïnvloeden ons gedrag. Normen zijn de richtlijnen hoe je sociaal gewenst met elkaar omgaat. Hoe je je ‘dient’ te gedragen in bepaalde omstandigheden.
In de norming-fase begint de groep haar ware vorm aan te nemen. Er ontstaat een gedeeld gevoel van doel en richting. “Dit zijn wij, en zo doen wij dingen hier.”
Betrek de groep actief bij het opstellen van afspraken, normen en waarden; laat ze hierin meedenken.
Hierdoor bevorder je het eigenaarschap en het gevoel van gezamenlijke verantwoordelijkheid.
4. Performing
In de performing-fase van groepsvorming treedt de transformatie op van losse individuen naar een groep; de klas wordt een team. Leerlingen voelen zich betrokken bij elkaar, er is verbinding..
De groep functioneert als een goed geoliede machine, met iedereen die weet wat er van hem/haar verwacht wordt en hoe ze als een team kunnen bijdragen.
Het leer- en het leefklimaat in de klas zijn op elkaar afgestemd, matchen. Er kan lekker gewerkt worden, plezier gemaakt worden, er wordt goed samengewerkt en problemen worden op een plezierige manier aangepakt en opgelost.
De positieve norm is dominant. Negatief gedrag neemt niet de overhand en wordt ook onderling gecorrigeerd.
Bij een positieve groep is dit de fase waarop je de verdieping in kunt gaan. Waar wil je de groep in laten groeien? Stimuleer zelfstandigheid, faciliteer projecten die kritisch denken en creativiteit vereisen, en wees de coach die ze nodig hebben
B
lijf werken met groepsdoelen. Verandert er iets in de groepsdynamiek (komt er een leerling bij, gaat een leerling weg, verandert de leerkracht etc.), dan kan de groep terugvallen in een eerdere fase. Pak dan de draad weer op vanuit die fase. Het gaat om wij als groep; de fases doorloop je dan ook telkens met elkaar. Mocht er in de groep nog een negatieve sfeer heersen, dan is de fase van ‘storming’ nog niet afgerond.
De onderlinge verhoudingen zijn nog niet bepaald. Het is goed om dan extra tijd te besteden aan groepsvormende activiteiten.
Ga actief met je groep aan de slag om de sfeer te verbeteren.
Leer de leerlingen te focussen op wat al goed gaat en hoe ze samen kunnen zorgen voor een (nog) fijnere sfeer.
5. Adjourning
En dan, voordat je het weet, is het het eind van het schooljaar en alweer tijd om afscheid te nemen.
De adjourning- fase is de laatste fase van groepsvorming en is gevuld met reflectie en het loslaten van het gemeenschapsgevoel dat je samen hebt opgebouwd. Je neemt afscheid van elkaar; van de leerkracht en van het schooljaar.
Begeleid ook dit proces met zorg. Reflecteer samen op het jaar, vier de successen, en bied een veilige ruimte voor de emoties die komen kijken bij afscheid. Help de kinderen vooruit te kijken naar nieuwe avonturen.

Gedrag is te leren
Goed gedrag is niet vanzelfsprekend; je leert het aan.
Dit doe je door het gewenste gedrag met de kinderen te oefenen, routines in te slijpen en consequent te zijn.
Je klassenmanagement moet op orde zijn.
Het is belangrijk dat je vertrouwen hebt én houdt in ieder kind.
Wees je bewust van je vooroordelen, je taalgebruik, geef complimenten en blijf verwachtingen herhalen en naleven. Jij maakt het verschil en jij hebt de regie!
In iedere klas zijn er informele groepsrollen. Zorg dat je deze scherp krijgt: wie is de informele leider? Wie heeft invloed?
Als jij als leerkracht geen duidelijke rol hebt en niet de leider bent, dan kan het zo zijn dat er een leerling opstaat en die rol gaat pakken. Daarom is het belangrijk dat je tijdens de groepsvormende activiteiten goed observeert. Zorg er als leerkracht voor dat een leerling met positieve invloed ook een positieve rol krijgt in de groepsvorming. Soms zijn daar extra gesprekken, doelen en lijntjes voor nodig. Als iemand negatief stuurt, pak dat dan individueel aan. Corrigeer niet over de hoofden heen, maar ga dichtbij en persoonlijk het gesprek aan (eerst connectie dan correctie). Laat het kind zich mede-eigenaar voelen van de groepsnormen, dan zet diegene zich nog beter in!
Als het spaak loopt
Heb je een leerling bij wie het wringt? Dan zijn kindgesprekken essentieel.
Ga de relatie en verbinding aan. Stel duidelijke doelen. Vorm een bondje: “Ik heb jou nodig.”
Ga samen oefenen. Betrek ouders, maar ook het schoolteam. Het is namelijk niet jouw leerling, het is een leerling van de school. Inclusiviteit is de norm; iedereen hoort erbij.
Vanuit diversiteit werken
Iedere leerling is anders en dat is goed. Verschil mag er zijn. Verschil moet er zelfs zijn.
Als je handelt vanuit het besef dat diversiteit de norm is, bouw je aan een groep waarin iedereen zichzelf mag zijn.
🎈Op de site van Onderwijscoaching Jong Geleerd vind je allerlei verschillend materiaal om in te (blijven) zetten gedurende De Gouden Weken, de groepsvorming.
Hierbij valt te denken aan 'Wie is de Mol-kaartjes', Kennismakingshappertje, groepsvorming vragenkaartjes, reactiespel groepsvorming,...
Reactie plaatsen
Reacties